Oog in Oog
Tuesday Weld (as Christian) and Steve McQueen (as The Kid) in The Cincinatti Kid (1965). Tuesday is English for 'Dinsdag' in Dutch. This story is about a Tuesday in Amsterdam. And about movies. I agree, it's a bit far fetched. But I'm still not sure how to use English and Dutch language on my blog. I guess it will stay mixed. Still testing testing 1 2 3.
[01]
Fred (mijn kat) is weer binnen van een paar dagjes stappen. Dus kan ik nu rustig weer wat bloggen.
Een dagje uit het leven van Oom Harry in zeventien coupletten. Ik dacht eerst dat ik een laffe lamzak was. Maar als ik deze dinsdag even evalueer
dan enerveer ik het alweer voor een volgende keer. Het waren slechts vijf uurtjes. Van 11:00 tot 16:00 uur. Maar wel een hele belevenis.
Het kost wel een paar dagen om deze html in elkaar te vlechten, maar dan hoef je daarna ook niet meer zoveel tegen je katers te vechten.
Ik bedoel natuurlijk Fred en Ted, maar de goede verstaander heeft aan een half woord genoeg.
[02]
U hoeft niet alles te lezen hoor, maar dan wel met de intonatie van Simon Carmiggelt. Anders is het geen gehoor.
Eerst moest ik vandaag naar De Huurcommisie. Hoe kom ik daar. Om 13:30 uur was de zitting. Lichte paniek. Met Ko meerijden. Geen parkeerplaats.
Havengebouw, achter het Amsterdam Centraal Station. Druk, druk druk. Ko en Wil komen met de tram. Iete komt op de fiets.
Ik heb haar vanmorgen vroeg nog even gebeld en zoals gewoonlijk weer de wintertijd vergeten. Het is je vergeven.
Ik neem een taxi. Snel geschoren en mijn haartjes gekamd. Tip-top gekleed, met stropdas en hoed. Dat zit wel goed.
[03]
Compleet vergeten. Het telefoonnummer van de taxi. Dat moest ik weer even opzoeken. Terwijl het toch zo'n makkelijk nummer is.
Die taxi was een goed idee. De chauffeur was een krasse knar met veel verhalen. Een 70-plusser. Hij woont ook al 38 jaren hier in mijn buurt.
We reden van mijn huis naar het Havengebouw. Links en rechts gaf hij commentaar. Hier deden we dit en daar deden we dat.
Verhalen over drijvend bamboe en copra in de haven. De copra moest je een nachtje in de melk leggen. Dan had je weer een kokosnoot.
Links staat een verborgen monumentje voor een klein jochie die kolen aan het rapen was en toen werd doodgeschoten door de duitsers.
Dat moet er nog ergens staan. Amsterdam-oost was toen een paradijs voor straatschoffies. Dat waren zijn woorden.
Ik moest natuurlijk direct denken aan mijn katten, Fred en Ted. We raakten in een diep gesprek over al het mooie groen in onze buurt.
Het Galilei-plantsoen staat straks weer strak van de kleuren van het herfstseizoen. (stop toch eens met die rare rijmelarij).
Hij gaf mij een geheim adresje. Het Geheugen van Oost. Foto's en verhalen. Voor en door bewoners van de buurtjes in Amsterdam Oost.
Transvaalbuurt, Dapperbuurt, Indische buurt, Zeeburg en natuurlijk ook De Watergraafsmeer. Ko en Wil zullen deze link zeker waarderen. Ze wonen hier al sinds 1969.
Waar krijg je zoveel moois voor 20,= Euro.
[04]
Ko en Wil kwamen een ietsje te laat met de tram. Iete kwam op de fiets. Ik was er het eerst.
De hele meute was compleet. De Huurcommissie ging goed. Een soort hoorzitting.
Drie vriendelijke en verstandige mensen. Na het overhandigen van onze identiteit mochten we plaatsnemen in de wachtkamer.
Dat was een kwartiertje gezellig tokkelen. De verhoudingen zijn nog steeds erg goed.
Een heer van 40 was de voorzitter, een dame van 60 zat rechts (voor hem links) en een jongere vrouw van 30 zat links (voor hem rechts).
Een ongeschoren jonge knappe knaap van (ik schat) iets in de twintig zat achter een laptop om aantekeningen te maken.
De verhuurders (Iete en ik) mochten links achter een tafeltje plaatsnemen (voor de voorzitter rechts). De huurders (Ko en Wil) zaten … dat begrijpt u wel.
[05]
Yesss, het Havengebouw is een heerlijke plek. De kapiteins van de sleepboten staan er op hun strepen. Je kunt er zo in- en uitlopen door de draaideur.
Handig voor als je naar het toilet moet. Begane grond rechtsaf.
De scheepsmodellen zijn er oorverdovend mooi. Ik zou er bijna een inbraak voor willen plegen. Ik heb nu alle tijd van de wereld.
En ik moet ook wat vaker de deur uit. Dus het gebied rond het CS is een uitgelezen plek.
Overkant van het IJ, Pontje, Zeedijk, Oesters bij Nam-Kee, Nicolaaskerk, De Wallen, De Waag, en nu ook het Havengebouw en het EYE.
Allemaal heerlijke plekjes.
Mijn vader heeft me ooit meegenomen naar de oosterbantammerstraat toen ik tien of twaalf was.
Daar zaten de originele geheime chinese gokhuizen en restaurantjes. Hoe hij daar nu weer op kwam, is mij een raadsel.
Hij kwam origineel van de Van Woustraat.
[06]
Oeverloos geklets. Dat zie ik nu al aankomen. We hebben nog wat lekker staan napraten op de stoep van Het Havengebouw.
Ko, Wil, Iete en ik. Sigaretje gerookt. Vrouwen praten met vrouwen en mannen praten met mannen.
Zo draaien Mars en Venus nu eenmaal om de zon. Wil is geboren in haar huidige huis. Wist ik ook niet. Dat zal dan in de jaren 50-60 zijn geweest.
Het Geheugen van Oost zal ze dan ook vast wel leuk vinden. Met Ko (jazzmuzikant) heb ik lekker staan lullen over Amsterdam.
Hij komt oorspronkelijk uit West. Net als mijn katten. Geboren in West, getogen in Oost. En alles is toch nog goed gekomen.
De Pleiners en de Dijkers moet je maar even opzoeken op Wikipedia.
De Pleiners waren een groep amsterdamse jongeren in de jaren 50-60. Leidseplein. Jazzmuziek. De Sahara-bar. Puch brommers.
De Dijkers (Nieuwedijk) waren de rockers. Kreidler brommers. Ko was een Pleiner. Hij is nu zeventig (of zo) en nog steeds jazzmuzikant van beroep.
Ko en Wil raakten officieel bevriend in de Sahara-bar. Een bekende hangaround voor de Pleiners. Zijn vrienden zeiden nog
“als je nu niet toehapt, dan heb je morgen een vreselijke kater”. Dat was niet aan dovemansoren gespeld. Toen is het geluk (en Patrice) gekomen. Leuke verhalen.
[07]
U moet het mij maar vergeven of gewoon stoppen met lezen. Ik vlieg nu van de vorige hak naar de volgende tak
en ik pak intussen een vers pakje tabak. De HEMA op de Nieuwedijk. Die zult u wel kennen.
Zo ééns per jaar ging ik aan het handje van mijn moeder naar het station.
Een klein kilometertje lopen. Samen een dagje stappen in Amsterdam. De wondere wereld ging toen voor mij open.
Ik kreeg dan een beertje of een speelgoedvliegtuigje en we aten een taartje in het restaurant.
De Bijenkorf was toen voor haar nog te hoog gegrepen.
Stappen en shoppen met een vrouw. Kom nou. De mannen staan verveeld aan de overkant van de straat te drentelen.
Maar toen heb ik het van mijn moeder geleerd. Onbewust is het in mijn genen geslopen. De vrouwen schop je linksaf de Kalverstraat in,
en de mannen gaan lekker rechtsaf. We zien elkaar wel weer [tijd] op het Spui. Dat ging de laatste keer wonderwel goed.
Jasper Grootveld was de grote antirookmagier en ik ben een verstokte kettingroker.
Zijn "happenings" bij het lieverdje zijn wereldberoemd in Amsterdam en omstreken.
Je moet eens goed naar het plaatje kijken. Het lieverdje op het Spui is door Hunter (sigarettenfabrikant) geschonken aan de stad Amsterdam.
Zo klikt alles weer lekker in elkaar.
Er stonden eens twee aardige jonge meisjes krenten uit te delen op het Spui. Het was de Provotijd. Jaren zestig.
En die werden toen medogenloos door de ME met bullepezen uit elkaar geknuppeld. Een bullepees is oorspronkelijk een stierenlul.
Maar tegenwoordig zijn alle hulpmiddelen van kunststof.
[08]
Pa werkte toen nog vier uur op elke zaterdag. Hij kwam vroeg van zijn werk af op ons station.
Er was toen nog een halte "Hembrug". Goh, wat is er toch veel veranderd. Den Haag, Den Haag.
Pa had ook een modelspoorbaan op zolder. Maar dat is weer een ander verhaal.
Soms liep ik hem tegemoet. Eikelaan, Weverlaan. Een halve kilometer.
Hand in hand liepen we dan samen naar huis. Dat waren gelukkige momenten.
Ik kreeg altijd zijn afgedankte Dafjes. Eerst een Daffodil. Dat is "Lelie" in het engels.
En toen een 33 en een 44. Later schakelde hij over op escortjes.
Ik moest toen nog flink op hem inpraten om een 1600 cc. te kopen. Dat is gelukt.
Dat ging een flink stuk beter, op weg naar mijn zuid-frankrijk vakantie.
Pa heeft zich toen avonden en nachten in het zweet gewerkt als postsorteerder. Naast zijn voltijdbaan.
Zo heeft hij zijn eerste Dafje bij elkaar gescharreld. Respect, respect, respect.
Met het hele gezin zijn we in toen in het Dafje van Zaandam naar Dessau getogem. Op familiebezoek.
Een onderneming van bijbelse proporties, als je bedenkt dat toen nog het ijzeren gordijn bestond.
[09]
Allemaal heel erg lief van mijn vader, maar ik had geen enkel respect voor het Dafje.
Ik reed ze af als een brommer. Stel je voor. Ogen dicht. Vanaf de provinciale weg kwam ik rechtsom de hoek omscheuren, de Weverstraat op.
Altijd 'savonds laat. Lekker drinken geweest in Zaandam. Het pientere pookje. Pedal to the metal. Flink vaart maken.
En dan ging het Dafje met haar vier wielen los de brug over. Tja, dat waren nog eens tijden.
De film "Bullet" kan ik in dit verband nog noemen. Ook met Steve McQueen. Los Angeles heeft ongeveer honderd parkeerregeltjes, en ik heb een buurtregisseur.
[10]
The newly built filmuseum EYE in Amsterdam opened in April 2012.
(c) royalty free stock photos
Na deze hak komt er een nieuwe tak. Zet u schrap. Nee dit is geen grap. Toen we klaar waren met De Huurcommissie wandelde ik lekker naar de pont achter het CS.
Slenteren is een beter woord. Veel foto's gemaakt. Op weg naar EYE. De pont is een belevenis op zich. Trouwens het hele CS gebied ligt er lekker bij.
Brommers, fietsers, kinderwagens, goud, geel, oker, bruin, zwart. Surinaams, Pakistaans, Afrikaans, Frans, Duits en Engels. Verliefde stelletjes, jonge moeders met buideltjes en zwangere tieners.
Een multi-culti festijn van de eerste orde. Geert's worst nightmare. Ik zou het nooit kunnen hoor, maar ik adviseer elke burgemeester van Amsterdam om minstens één keer per maand
met dit pontje mee te varen. En dat was nog maar de héénweg. Van CS naar Noord. De terugweg was minstens zo leuk. Want dan weet je naar welke kontjes je moet kijken.
[11]
Rond twee uur in de middag kwam ik binnen in het EYE gebouw. Daar kun je vrij in en uitlopen. Het is officieel geopend in april dit jaar. De architect kwam niet opdagen.
Hij was boos omdat er een tegeltje scheef zat. Dit was mijn tweede bezoek. Ik vind het een prachtig gebouw. Maar ik heb deze dinsdag geen film gezien.
Mijn eerste bezoek aan EYE was de Stanley Kubrick tentoonstelling. Die duurde tot negen september. Ik heb toen twee films van hem gezien op één avond. 2001 en Dr. Strangelove.
Je kon de kartonne atoombom van dichtbij bekijken, maar je mocht hem niet aanraken. Dat was een uitputtend dagje. Een goede film put je uit. Emotioneel.
Of je laat je pakken door een film. Dat is ook wel weer waar. Dat laat niet onverlet, dat er heerlijke quotes bestaan van deze films in de top-100 aller tijden;
- “You can't fight here, this is the warroom”
- “Open the podbay doors, Hal”
The docking scene from 2001 is one of my favorites. With special attention to the music - Blue Danube. You can see the IBM logo and connect it with the HAL-9000 computer. You must shift each letter one position back in the alphabet. I love these little secrets.
Toen, op die avond zat ik even vooraf te overleggen met een jonge blonde meid achter de bar. Of ik een hapje of snack naar binnen in de zaal mocht nemen. Ja, daar had ze wel een oplossing voor. Een doosje popcorn. Maar dan geluidsarm. Speciale EYE popcorn die niet zo kraakt tijdens de film. Kijk, dat vind ik nu bijna een geniaal gevoel voor detail. Net als Stanley Kubrick.
Ik bestelde er een marsreepje bij en een blikje magere cola. Ik heb die avond heerlijk genoten.
Films kunnen je slopen. Emotioneel gesproken. Ik raak er soms uitgeput van. Ik heb dan minstens een uur nodig om weer bij mijn zinnen te komen. Maar dat geld ook voor sommige schilderijen en foto's en stukken muziek. Dat is niet zo uniek.
[12]
Als je de pont afkomt in Noord moet je linksaf. Honderd meter lopen. Toen ben ik het EYE gebouw binnen geweest. Alles bij elkaar een uurtje of anderhalf. Onderweg flink wat foto's gemaakt. Het is daar een unieke lokatie. Ik heb er niet veel gedaan. Toilet bezocht. Wat rondgewandeld op het terras. Sigaretje gerookt. Mensen bekeken. Dat soort dingen. De meeste tijd zat ik in de shop. Veel boeken, aanzichtkaarten en ander papier te koop over beroemde films, regiseurs, sterrren uit Hollywood en Bollywood en ook over Amsterdam. Af en toe sprongen de tranen uit mijn ogen bij zoveel kostelijk spul. Ik ben een filmjunk. Dat praatje met Ko heeft natuurlijk ook wat meegeholpen. Gelukkig heb ik niks gekocht. Dikke boeken vanaf vijf pond en vijftig Euro. Binnen de kortste keren ben je failliet. In de Damstraat was een winkel waar ze originele filmposters verkochten. Dat was dertig jaar gelden. Daar moet ik ook nog eens langs.
[13]
Een zwarte vogel in de winkel had betrekking op “Kauwboy”, een nederlandse kinderfilm die meermalen is bekroond op allerlei internationale filmfestivals. Ik dacht eerst aan “Birds” van Alfred Hitchkock. Daar heb ik namelijk ooit een TMO over gezien. Zo zie je maar weer, hoe verbeelding en werkelijkheid door elkaar kunnen lopen.
Ik stond minstens twee minuten te twijfelen bij een pinhole camera. Een bouwpakket van stevig karton. Een camera zonder lens, maar met een klein gaatje voorin. Te gebruiken met standaard 36 millimeter rolfilm. Voor 15,= Euro is dat weer wat anders dan zo'n een super digitaal monster van 1500,= Euro. Ik stop het even in mijn achterhoofd. Vroeg of laat komt het er zeker weer eens uit.
[14]
Dat was dus een dinsdagje stappen. Lekker kromme benen en wat gezeur in de lage onderrug. Een uurtje of drie houd ik goed vol, maar daarna begint mijn heup op te spelen. Net als toen ik dat dagje met mijn zus op stap was. Ik kon best wel de trein van CS naar Muiderpoort nemen, maar daar had ik geen puf meer voor. Toen ben ik door de westertunnel van het CS gehinkstapt naar een taxi. Ondanks alle ellende in het verleden zweer ik nog steeds bij de TCA. De Taxi Centrale Amsterdam. Het telefoonnummer is ook zo makkelijk te onthouden. Wat mij betreft hebben zij de amsterdamse taxioorlog gewonnen.
De TCA heeft kwaliteit hoog in het vaandel staan. En dat is te merken. De rest noem ik snorders. Maar dat fenomeen bestaat niet meer. Je hebt tegenwoordig een diploma nodig, een licentie en heel veel geld om taxichauffeur te worden. Een dikke mercedes stond voor mij klaar. De chauffeur was een goed verzorgde allochtone twintiger. Hij zag mij al aankomen. Opzettelijk of niet, ik liep een beetje mank. Een handje omhoog en een handje terug en we hadden een ritje. Ik ging achterin en de voorstoel ging iets vooruit.
Hij vroeg of ik goed zat. Wat een heelijke attentie. Ik zat prima en vertelde iets over mijn kreupele heup en mijn uurtjes in het EYE gebouw. We raakten aan de praat over films en de nederlandse taal. Dit was overduidelijk een hele slimme jongen. Boeiend. Hij kende het EYE gebouw ook. Hij had daar een paar maanden geleden de film Taxidriver gezien. Het is tenslotte zijn vak. Robert De Niro, Martin Scorsese, Jodie Foster.
Robert De Niro heeft net weer een film gedaan waarin hij opnieuw een taxichauffeur speelt. Maar dan 36 jaar later. En zo raakten we aan de praat. Hij kende ook Paul Verhoeven. Bij een aantal titels gingen er zelfs wat lampjes en belletjes bij ons rinkelen. Hij had net van zijn broer geleerd hoe je films van het internet kan plukken. We hadden een klik.
[15]
Toen kwam het gesprek op de nederlandse taal. Het taalgebruik veranderd snel. Onder invloed van de jeugd en hun sociale media. Die knaap had een gezonde kijk op de zaak. Toen werd ik weer een beetje heftig. Al dat Hey, Hai, Hoi en ge-Doei in emails stuit mij soms ook tegen de borst. Toeval of niet, ik moest deze week een email van mijn notaris beantwoorden. Dan gebruik ik “Geachte heer” en ik sluit af met “Hoogachtend”. De e-tiquette is niet zo moeilijk. Spiegelen is de beste taktiek voor oppervlakkige emails. Je gebruikt gewoon dezelfde aanhef en afsluiting. Tenzij je iets plechtigs of belangrijks hebt te zeggen. Maar dat doe je dan weer niet via email.
De chauffeur zette mij om vier uur af. In de middag. Recht voor mijn deur. Hij hield de deur voor mij open. Charmant en krokant, een échte heer. Weer twintig Euro. Maar waar vindt je zoveel inspiratie voor zo weing geld. Dat is toch uniek.
[16]
Eén dagje stappen in Amsterdam kost mij een week om alle indrukken op papier te zetten. Klopt, het is wel oeverloos gelul. Maar ook een goede les. Als ik schrijven zo leuk vind, dan moet ik daar ook de tijd voor nemen. Misschien wel een schrijfles nemen. Een uurtje flip-flappen achter je PC zet geen zoden aan de dijk. Reken je niet rijk. Lees Simon Carmiggelt of Godfried Bomans er nog maar eens goed op na. Ja, ik weet het standbeeld van Simon Carmiggelt nog wel te vinden. Ik moet er beslist eens langs, bosje bloemen mee.
[17]
Weer een flauw grapje. Ik koop tien geraniums. Daar kan ik dan rustig achter gaan zitten. Kruiswoordpuzzeltjes oplossen of zo. Ik zie mezelf al niet meer zitten. Ik spring liever naakt van de brug met mijn twee nichten. Een serieuze hobby kost tijd of geld of allebei. Na een tijdje smijt ik alles weer aan de kant en dan lees ik weer de avondkrant. Misschien moet ik nadenken over een vrijwillige lobotomie. Controleer dan eerst even of jouw verzekering dat dekt. Groet, Harry.
= = = End of Post = = =
No comments:
Post a Comment